Twee van de vier oude mannen aan de toog bij bar Anton willen wel een praatje met me maken, de andere twee balen dat ik de intimiteit van hun broedergesprek verstoor. Mijn Spaans bestaat uit vijf woorden en een hoop gebaren. Beschamend beperkt en ik kom er dan ook niet ver mee. De mannen snappen wel dat ik op weg ben naar de rectoria la Miana, maar niet dat ik zometeen wordt opgehaald in een taxi, ze willen me zelf wegbrengen. Zelfs een in correct Spaans uitgesproken zin door Google Translate helpt niet in de verwarring. Een van de mannen maakt een schrijfgebaar, opent zijn auto voor de bar en stapt naar binnen. Af en toe zie ik zijn hoofd opduiken om dan weer in de diepte van het karos te verdwijnen. Na vele minuten gaat de autodeur open en krijg ik een stukje papier met een handgeschreven ‘Miguel Vinas, 0619877125’. Wat een mooie naam en wat een mooi 06 nummer. Ik bedank hem hartelijk en heb ik geen idee wat ik er mee moet. Als de taxi stopt met Juf I en twee jamdeelnemers kan ik nog snel opzoeken wat woensdag is in het Spaans, want dan komen we hier optreden. Tot dan, Miguel.
‘Wie missen we nog?’, vraagt juf I en telt opnieuw de aanwezigen. Ze telt er twintig aan de lange tafel op het terras van La Miana, het afgesproken aantal. Ook Juf E staat op, zij komt eveneens tot twintig. Toch staat er nog een bord met meloen en Spaanse ham ongeclaimd aan het hoofd van de tafel. Wie missen we nog? We lijken juist wonderbaarlijk compleet. De band van zes mannen en één vrouw onder leiding van bandleider D harmonieert al als een Bach cantate, daar hoeft niemand bij. De tien vrouwelijke vocalisten die zich onder leiding van juffen I en E verder willen ontwikkelen, verschillen genoeg van elkaar om het reuze interessant te houden. Toch blijft de vraag wie we missen als een blauw wolkje boven ons gezelschap bewegen. Nu en dan daalt dit wolkje neer en lijkt gesprekken een wending te geven. Slechts twee deelnemers zijn hier voor het eerst, bijna iedereen kent een aantal van de andere deelnemers van eerdere muziekvakanties. We kunnen een netwerk tekenen met verschillende kleuren. Groen voor de nieuwe vriendschappen die ontstaan op onze berg, oranje voor al bestaande verbindingen die verder geïntensiveerd worden. Geel voor de verbindingen met de ontbrekende deelnemer die nog niet is geïdentificeerd.
Juf I verdeelt de meloen en ham onder een aantal jamdeelnemers, het lege bord wordt gebruikt voor schillen, de maaltijd wordt voortgezet. We proosten, prijzen elkaar om de muzikale prestaties van vandaag en spreken ons vertrouwen uit in de kwaliteit die we gaan neerzetten bij onze optredens op woensdag en donderdag. We hebben hard gewerkt vandaag. Inzingen, workshops en repetities, werken aan nummers en persoonlijke muzikale doelstellingen. Alleen direct na de lunch zijn er plekken waar je geen muziek hoort op La Miana, per slot dienen we rekening te houden met siēsta. Alle overige momenten wordt er spontaan of gepland gezongen, er is altijd wel iemand die wil begeleiden op een gitaar of ukelele.
Eveliene van La Miana legt uit dat ze zoveel mogelijk zelfvoorzienend zijn, ze verwacht van ons dat we zuinig zijn met energie. Als ik ‘s avonds laat wil lezen op mijn e-reader willen alle insecten in mijn kamer op de enige lichtbron zitten. De e-reader heeft een touchscreen, iedere keer als er weer een langpootmug landt slaat de bladzijde om. Dit is geen doen, ik sluit mijn apparaat en heb alleen mijn gedachten over in het pikkedonker. Ik denk na over het bekende, vertrouwde op La Miana en over de nieuwe toevoegingen om ons verder te verheffen. Nieuw is de cocktailbar, gerund door de kinderen van de eigenaar. Al vroeg in de middag werden we lekker gemaakt met plaatjes van gekleurde drankjes op het zwarte bord. Vanavond konden we kiezen uit sangria, gito of mojito. De aantallen milliliters staan erbij, geen kinderachtige hoeveelheden.
Ik voel me thuis hier in het pikkedonker in mijn kamer met de grote openslaande deuren naar de veranda. We zijn ver van de gewone wereld. Geen processierupsen, geen buxusmotten. Het wolkje met het raadsel wie er mist is opgestegen naar de bijna volle maan. Ik sluit mijn ogen, ik zie niet minder, toch merk ik verschil. Als ik morgenochtend ontwaak en er weer licht is kan ik naar het eindeloze groen van de Pyreneeën kijken. Misschien zie ik het blauwe wolkje weer terug, maar waarschijnlijk is het niet. Ik zal mijn gele stift terugleggen in het etui.
Een prachtig gevarieerd verhaal, gedrapeerd rond een zoeke deelnemer. Dat is toch niet die van “Er is een plekje VRIJ gekomen voor een zanger/zangeres bij onze workshopweek Carte Blanche in Spanje!!“ van 4 juni, mag ik aannemen? ‘t Is maar een tip.
Dit is de jamweek, niet de carte blanche, misschien is compleet zijn zo verrassend dat je het bijna niet kan geloven. Too good to be true.
Een veel betere gedachte, dát zal het wezen.
🙂